Portret Chantal Mathy

Mijn werk in het kort...

Mijn hoofdtaak bij het RIZIV bestaat uit het definiëren van de financiering van de vergoedingen (in samenwerking met verschillende partners), voornamelijk in twee referentiedomeinen: zeldzame ziekten en erfelijkheid.

"Op een andere manier nuttig zijn voor de patiënten"

Ik ben kinder- en jeugdpsychiater van opleiding en heb gedurende 30 jaar op het terrein gewerkt. Ik ben in 2016 bij het RIZIV in dienst getreden.Op een bepaald moment in mijn loopbaan heb ik mij deze vraag gesteld: "Zou ik niet op een andere manier nuttig kunnen zijn voor de patiënten?" Mijn kennis van de bezorgdheden op het terrein is een grote hulp in mijn dagelijks werk.
De verzoeken om de honoraria te verhogen zijn bijvoorbeeld gegrond en de artsen zouden willen dat het sneller vooruit gaat. Bij het RIZIV ben ik me bewust van de grote implicaties die dit kan hebben. We moeten proberen het billijkst te zijn. Ik begrijp de spanning die tussen zorgverleners en het RIZIV kan bestaan heel goed.
Bovendien blijf ik op de hoogte over de bezorgdheden en de vragen van de burgers. Ik moet regelmatig aan de andere betrokken diensten antwoordelementen geven voor de pers, de minister...

De uitgaven binnen de perken houden, in een vastgelegd budgettair kader, en daarbij de zorgverleners aan de beste prijs vergoeden

Laat ons erfelijkheid nemen. Dat is een domein in volle groei. De geneeskunde baseert zich steeds meer op DNA-analyse, in het bijzonder in de oncologie of voor de zeldzame ziekten. Het gaat immers om een andere manier om aandoeningen en hun oorsprong op te sporen en de tenlasteneming te verbeteren. In dat domein zien we een explosie van de budgetten.

Onze opdracht is om de uitgaven in dat domein (en de andere waarmee het RIZIV zich bezighoudt) binnen een vastgelegd budgettair kader te houden en daarbij de zorgverleners aan de beste prijs te vergoeden.
Om dat kader vast te leggen en/of te herzien, komen we minstens 1 keer per maand samen in de Akkoordraad die bestaat uit vertegenwoordigers van de erkende centra voor menselijke erfelijkheid, leden van de Technische Geneeskundige Raad, van het Verzekeringscomité, ...

Dan rijst bijvoorbeeld de vraag welke testen moeten worden uitgevoerd om een genetische ziekte te identificeren of een erfelijk risico te bepalen: op basis van de frequentie van de gevallen kunnen de testen worden uitgevoerd in het kader van de nomenclatuur, in gespecialiseerde centra die erkend zijn in België of soms in het buitenland.

Tijdens die vergaderingen van de Akkoordraad formuleren we voorstellen gebaseerd op de analyse van het actuariaat dat instaat voor het budgettaire aspect (welke weerslag zullen die testen hebben op het budget?). Daarop volgen onderhandelingen die vervolgens al dan niet worden goedgekeurd door de beslissingsorganen.

Werken aan dossiers die een weerslag hebben op de burgers

Ik werk al 4 jaar rond het thema van de zeer zeldzame ziekten. In 2014 werd een nationaal plan opgesteld met talrijke acties die onder meer een betere diagnosestelling en follow-up mogelijk maken. Momenteel wachten we op de ondertekening van een belangrijk koninklijk besluit.
Het doel van dit project was om te definiëren welke testen nodig zijn om een correcte diagnose en follow-up te krijgen voor zeer zeldzame ziekten, testen die vandaag te weinig of slecht worden vergoed, wat grote kosten inhoudt voor de patiënten. We hebben 210 noodzakelijke analyses geïdentificeerd, waarvan er 70 prioritair zijn. Sommige analyses zijn voldoende frequent om een nomenclatuurcodenummer te krijgen, wat betekent dat alle laboratoria waarmee we een overeenkomst hebben gesloten, die analyses zullen mogen factureren. Andere, minder frequente, zullen voorbehouden worden aan enkele laboratoria om kwaliteitsvolle testen te kunnen garanderen. Verstrekkingen die de ziekenfondsen dus zullen mogen vergoeden. Dat heeft een duidelijke weerslag op de burgers.
Een ander voorbeeld van dossiers waarbij ik betrokken was, is de neonatale screening van mucoviscidose. Die preventieve handeling die deels door de gefedereerde entiteiten en deels door de federale overheid wordt gefinancierd, wordt sinds 1 januari 2019 uitgevoerd tijdens de eerste levensdagen van een zuigeling. De diagnose die vroeger rond de leeftijd van 5 à 6 maanden werd gesteld, zal dus veel vroeger kunnen worden gesteld en zal een reële weerslag hebben op de ontwikkeling van de kinderen en hun levenskwaliteit.
Hoe zijn we tot daar gekomen? Dat is het resultaat van veel contacten en onderhandelingen, maar ook van veel technisch werk. Er waren uiteraard contacten met pediaters, die hebben bevestigd dat er zo vroeg mogelijk op die ziekte moet worden gescreend. En ook veel vergaderingen in interministeriële werkgroepen. Onze rol is immers om te zien wie wat ten laste gaat nemen (gemeenschappen / federaal niveau) en bijgevolg de nomenclatuur aan te passen. In dit geval werd de zweettest geherwaardeerd en opnieuw gedefinieerd, want hij heeft nu betrekking op de hele kleine baby's.

Voor mijn werk is het belangrijk dat ik arts ben

De vergaderingen waaraan ik deelneem, bereid ik uiteraard goed voor, met name door veel onderzoeken te voeren. Wij vertrouwen natuurlijk op de actoren op het terrein, maar onze visie moet anders zijn, door rekening te houden met verschillende elementen.  De verzekeringstegemoetkoming is gebaseerd op wetenschappelijke elementen, op de erkenning door een groot aantal experten van de kwaliteit van de verstrekkingen en op de studie van zeer veel gevallen (evidence-based medicine). Dit vormt echter nog een probleem in het kader van de zeldzame ziekten, waarvoor er weinig of geen literatuur bestaat. Ik zoek dan naar wat er in Europa of zelfs wereldwijd bestaat. En om de subtiliteiten van die literatuur te begrijpen (en bijvoorbeeld wat wordt voorgeschreven), is het belangrijk om arts te zijn.

Vele voordelen om arts te zijn bij het RIZIV

  • de globale visie op het beleid en het gezondheidszorgsysteem in België
  • het belang van gevarieerd werk, een andere manier om de geneeskunde te benaderen die ook zeer rijk is
  • het contact met de recente medische evoluties en de permanente vorming
  • het openstaan voor vragen van andere artsen, wat ons verplicht om altijd waakzaam te zijn
  • de belangrijke rol die we spelen tussen de artsen op het terrein en de administratie
  • de indruk hebben een belangrijke actor te zijn in de geneeskundige verzorging.
     
Een andere manier om je artsenopleiding te gebruiken voor het welzijn van de burgers...

Ontdek deze werkgever